Tag

nonbancair Archieven - Pagina 9 van 10 - Stichting MKB Financiering

Stop fiscale heffing op investeren, stimuleer MKB-financieringsmarkt met Durfkapitaalregeling en Winwinlening

By | Actualiteiten, Algemeen, Nieuws, Onderzoek, (markt-)ontwikkelingen, regelgeving


De MKB-sector groeit hard. Dit geldt echter niet voor de MKB-financieringsmarkt. Sinds de kredietcrisis van 2008 is het voor banken steeds minder winstgevend geworden om kredieten te verstrekken aan het MKB. De non-bancaire MKB-financieringsmarkt is een goede mogelijkheid om het gat dat geslagen is tussen banken en het MKB op te vangen. Deze markt stuit echter op veel barrières die ervoor zorgen dat de middelen niet bij het MKB uitgezet kunnen worden die nodig zijn om aan de financieringsbehoefte te voldoen. Een grote barrière voor particuliere investeerders om een grotere rol te spelen in de financiering van het MKB is de vermogensrendementsheffing.

Heffen versus stimuleren onderzocht

De  vermogensrendementsheffing barrière kan worden beslecht door een fiscale stimulans te geven in plaats van een fiscale heffing op investeren, zoals dat nu het geval is. Buitenlandse fiscale voorbeelden en voordelen in het SMF onderzoek Het stimuleren van de Nederlandse MKB-financieringsmarkt, Fiscale steunmaatregelen op basis van internationale voorbeelden wijzen daarop. Daarnaast is er een groeiende noodzaak tot het creëren van meer eigen vermogen in de MKB-sector. 

Over de vermogensrendementsheffing

De vermogensrendementsheffing is een fiscale belasting. In Nederland wordt iedere particulier die qua vermogen boven het heffingsvrij vermogen komt, belast met een vermogensrendementsheffing van tussen de 1,789% en de 5,28%. Het rendement dat particuliere kredietgevers doorgaans voor hun investering terugkrijgen weegt vaak niet op tegen deze heffing. Dit zorgt voor een enorme barrière voor particuliere kredietgevers die door deze belastingheffing sneller afzien van een mogelijke investering in MKB-bedrijven. Dit leidt in Nederland tot een groot MKB-financieringsprobleem omdat de MKB-sector niet de middelen kan aantrekken die ze nodig heeft.

Fiscale stimulans in plaats van fiscale heffing

Elders in Europa blijft de MKB-financieringsmarkt niet zo achter als in Nederland. In het SMF onderzoek is gekeken naar een aantal Europese landen die het op dit vlak goed doen. De desbetreffende landen zijn: het Verenigd Koninkrijk, België en Duitsland. Deze drie landen hebben goede en relatief eenvoudig toepasbare fiscale oplossingen die bijdragen aan het stimuleren van de (non-bancaire) MKB-financieringsmarkt. Er worden namelijk diverse fiscale stimuleringsregelingen toegepast om het financieel aantrekkelijk te maken om het MKB te financieren. Zo maakt België gebruik van vier fiscale regelingen, Duitsland één en het Verenigd Koninkrijk zes. In plaats van een fiscale belastingheffing wordt er in het buitenland een fiscale stimulans geboden. 

Effectiviteit van regelingen vergeleken

Deze fiscale stimulansen zijn in het onderzoek onder de loep genomen en geanalyseerd. In een onderzoek van de Europese Commissie uit 2017 (1.) komt naar voren dat fiscale stimulansen die verlichting bieden bij vervreemding en/of verlies het meest effectief blijken. Nederland heeft in het verleden ook gebruik gemaakt van zo’n fiscale stimulans, namelijk door de invoering van de Tante Agaathregeling, later veranderd in de zogenaamde Durfkapitaalregeling. Deze regeling is echter in 2011 afgeschaft. 

Voorbeelden fiscale stimuleringsmaatregelen die positief uitpakken

In het SMF onderzoek is naar voren gekomen dat voornamelijk de Belgische Winwinlening (2.), een regeling om een achtergestelde lening te verstrekken tegen een laag rentepercentage en de herinvoering van de Durfkapitaalregeling (verstrekken van eigen vermogen om de solvabiliteit van een bedrijf te verhogen) positief zouden kunnen uitpakken voor de Nederlandse MKB-financieringsmarkt.

De Winwinlening biedt de volgende fiscale voordelen aan kredietgevers:

  • Enerzijds een jaarlijkse belastingkorting voor de hele looptijd van de lening. De belastingkorting bedraagt 2,5% van de berekeningsbasis, wat neerkomt op een belastingkorting van maximum 1.250 euro per jaar (want 50.000 euro is het maximum per kredietgever);
  • Anderzijds de mogelijkheid tot een eenmalige belastingkorting in het geval dat de lening niet wordt terugbetaald. Deze belastingkorting bedraagt 30% van het openstaand kapitaal van de lening dat definitief verloren is gegaan.

Met name de kredietverstrekkers die hard worden geraakt door de vermogensrendementsheffing, ontvangen met de Winwinlening een  stimulans om dit verschil te minimaliseren.

De oorspronkelijke Durfkapitaalregeling bestond uit drie fiscale instrumenten:

  • Een vrijstelling voor box 3 van de Wet IB 2001 voor directe en indirecte beleggingen in durfkapitaal. Deze vrijstelling was gemaximeerd tot een bedrag van 51.390 euro en voor partners bedroeg dit bedrag het dubbele (102.780 euro).
  • Verliesaftrek voor de inkomstenbelasting op directe beleggingen in durfkapitaal tot 46.984 euro per startende ondernemer. Deze faciliteit is een persoonsgebonden aftrek. Op grond van de rangorderegeling van artikel 6.2 Wet IB 2001 mag de aftrek ook ten laste komen van box 3 en vervolgens box 2 wanneer box 1 daartoe geen mogelijkheid biedt.
  • Heffingskorting voor directe beleggingen in durfkapitaal. Deze bedraagt per jaar 1,3% van de gemiddelde directe beleggingen tot en met 2010. Deze heffing is sindsdien langzaam afgebouwd totdat het in 2014 volledig is afgeschaft.

Conclusie invoeren Winwinlening en Durfkapitaalregeling

Door het invoeren van de Winwinlening en Durfkapitaalregeling worden particulieren gestimuleerd om in het MKB te investeren en te financieren. De MKB-sector zou daarmee enorm geholpen zijn en minder afhankelijk zijn van de reguliere bancaire financiering en verbeteren ze de algehele financieringsmarkt voor het MKB.

Download het onderzoek

Voor het gehele onderzoek Het stimuleren van de Nederlandse MKB-financieringsmarkt, Fiscale steunmaatregelen op basis van internationale voorbeelden is beschikbaar als pdf via deze link. 

  1. https://ec.europa.eu/taxation_customs/sites/taxation/files/final_report_2017_taxud_venture-capital_business-angels.pdf
  2. https://www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/subsidiedatabank/winwinlening

 

Update: alle erkende MKB Financiers geaccrediteerd door de overheid op een rij

By | Corona, Nieuws, Onderzoek, (markt-)ontwikkelingen, regelgeving

Non-bancaire financiers met het keurmerk Erkend MKB Financier spelen, naast de reguliere banken, in de huidige corona crisis een belangrijke rol om MKB bedrijven te ondersteunen met financiering en te voorzien van liquide middelen. Een garantie van de overheid helpt hierbij. Acht non-bancaire mkb financiers met het keurmerk Erkend MKB Financier zijn geaccrediteerd en kunnen met staatsgarantie kredieten verstrekken aan bedrijven die door de corona-maatregelen extra steun nodig hebben.

Goed voor een innovatieve en diverse mkb financieringsmarkt

De garantieregelingen die de overheid ook beschikbaar stelt aan de non-bancaire financiers ondersteunen de verdere ontwikkeling van  een bredere mkb financieringsmarkt met meer keuze in aanbieders en wijst op erkenning voor deze non-bancaire financiers. Ook biedt het een goed perspectief dat de erkende MKB Financiers in het verdere verloop van de corona-crisis en aanstaande herstelprogramma een belangrijke rol van betekenis kunnen blijven spelen.

Erkende MKB Financiers die gebruik kunnen maken van garantieregelingen:

FundIQ
Startgreen/OnePlanetCrowd

Freelance Factoring
NLInvesteert
October
Voordegroei
Geldvoorelkaar
Qredits

Voor meer geaccrediteerde non-bancaire financiers zie ook de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland.

 

Overheid werkt samen met non-bancaire financiers Geldvoorelkaar en Qredits

By | Actualiteiten, Corona, Nieuws, Onderzoek, (markt-)ontwikkelingen, regelgeving

Non-bancaire financiers Geld voor elkaar en Qredits kunnen door ondersteuning van de overheid meer MKB bedrijven voorzien van financiering. Erkend MKB Financier Geldvoorelkaar.nl is geaccrediteerd voor de BMKB-C regeling en krijgt daarmee toegang tot overheidsgarantie bij de financiering van bedrijven die door de coronamaatregelen extra steun nodig hebben. Hierdoor wordt investeren met staatsgarantie ook mogelijk voor particuliere en zakelijke crowdfunding investeerders. Qredits, ook Erkend MKB Financier, kan dankzij een overheidslening van 25 miljoen meer overbruggingskredieten verstrekken. Tijdens de corona crisis verstrekte Qredits al voor bijna 10 miljoen aan kleine kredieten. Daarmee boden ze zo’n 700 ondernemers van financiële ruimte.

Voorzitter Stichting MKB Financiering Ronald Kleverlaan:We zijn als stichting sinds de corona crisis samen met andere partijen flink aan het lobbyen bij de overheid voor extra funding van de non-bancaire financiers. Qredits en Geldvoorelkaar zijn met deze lening en garantie en hun eigen innovaties nu in staat gesteld om het MKB nog sneller en doelmatiger te voorzien van corona overbruggingskredieten.’

Overheid ziet belang in van innovatieve en diverse financiële markt

Stichting MKB Financiering is verheugd dat de overheid de non-bancaire financiers steunt en het belang ziet van een innovatieve en diverse financiële markt. Het is een goede eerste stap om nog meer non-bancaire financiers toegang te geven tot de overheidskredieten. Er blijft echter nog wel een tekort aan funding bestaan bij de non-bancaire financiers. Het zou goed van de overheid zijn om ook mee te helpen bij het oplossen van de funding gap. Dan kan in de komende jaren de toenemende vraag naar kredieten en financiering van het MKB doeltreffend door de marktpartijen worden opgelost.

Update: voor een recente lijst met de Erkende MKB Financiers die geaccrediteerd zijn klik je hier.

Blog 59: Werknemersparticipatie, deel 3: het invoeren van een WNP

By | Blog, Non bancaire financieringsvormen, Werknemersparticipatie en comunity finance

De werknemersparticipatie (WNP) is een specifieke vorm van community finance. In een reeks van 4 blogs bespreken wij de kenmerken, de werking en de voor- en nadelen van een WNP. 

Deel 1: Wat is een werknemersparticipatie en welke vormen zijn er
Deel 2: Motieven voor en kenmerken van een werknemersparticipatie
Deel 3: Het invoeren van een werknemersparticipatie
Deel 4: Community finance

Deze week besteden wij aandacht aan het invoeren van een werknemersparticipatie.

Het invoeren van werknemersparticipatie vraagt een zorgvuldige voorbereiding, want de regeling moet lang meegaan. De introductie en invoering van een WNP kent vier fasen:

1. Oriëntatiefase

Wat zijn de afwegingen en motieven en welke doelen wil je nastreven? Wil je medewerkers binden? Zijn er medewerkers die je juist niet wilt binden? Past WNP binnen de cultuur van het bedrijf: is er voldoende communicatie en openheid? Zijn de medewerkers geïnteresseerd in een deelname in het bedrijf? Zijn ze bereid geld te investeren in de onderneming? Wil of kan het bedrijf medewerkers financieel faciliteren om participaties te verwerven? Als duidelijk is dat een participatieregeling past binnen de onderneming, kan men zich oriënteren op welke mogelijkheden en vormen er zijn om te toetsen of deze voldoen aan de geformuleerde doelen. 

2. Ontwerpfase

In de ontwerpfase kies je het gewenste participatiemodel en de omvang van het percentage aandelen dat aan de medewerkers ter beschikking zal worden gesteld. De juridische structuur wordt gecheckt en zo nodig aangepast. In deze fase is het inschakelen van een expert onontbeerlijk. Hoeveel is het bedrijf waard? Er moet een waardebepaling (nulmeting) van de aandelen plaatsvinden, die met de fiscus afgestemd dient te worden. De fiscus wil voorkomen dat medewerkers ‘te goedkoop’ aandelen verwerven, want dat zou een vorm van verkapt loon zijn. Het verdient aanbeveling met de fiscus een lange termijnafspraak te maken over de waarderingsmethode, zodat je niet jaarlijks goedkeuring hoeft te verkrijgen. In de ontwerpfase wordt tevens bepaald hoeveel procent van het aandelenkapitaal voor de medewerkers ter beschikking komt. De vraag is of de regeling voor alle medewerkers toegankelijk wordt gemaakt, of voor een selecte groep. Aan welke voorwaarden en eisen moeten ze voldoen om in aanmerking te komen? Alle voorwaarden en condities worden vastgelegd in een reglement. 

3. Invoeringsfase

De daadwerkelijke invoering vereist goede voorlichting aan de medewerkers. Dit kan geschieden in de vorm van een (beperkte) prospectus. Daarin wordt de bedrijfskundige informatie van het bedrijf opgenomen, evenals een globaal overzicht van de voorwaarden en condities waaronder potentiële deelnemers kunnen deelnemen. Leg in deze fase alle relevante documentatie zorgvuldig vast. Communiceer alleen op basis van de documenten, teneinde ruis in de communicatie te voorkomen. Geef expliciet toelichting op de wijze waarop de waardebepaling (de nulmeting) tot stand is gekomen en leg uit hoe de waarde in de komende jaren zal worden vastgesteld. Dit is immers bepalend voor de waarde van hun deelneming en dus voor het rendement dat de deelnemers op hun investering kunnen realiseren. 

4. Onderhoudsfase

WNP vereist zorgvuldige vastlegging en administratie. Om de handel in de participaties mogelijk te maken, wordt periodiek een “handelsdag” georganiseerd (gebruikelijk is eenmaal per jaar). De medewerkers ontvangen daartoe jaarlijks een specifieke verslaglegging over de gang van zaken van de onderneming, plus de actuele prijs van de participaties. De prijs wordt jaarlijks vastgesteld op basis van de in de regeling opgenomen methode van waardering. Op een handelsdag kunnen medewerkers participaties bijkopen of terugverkopen aan de onderneming (DGA). Periodiek dient de waarde van de participaties door een externe deskundige te worden gecheckt. De frequentie hiervan is mede afhankelijk van de ruling die met de fiscus is getroffen, en van de ontwikkelingen van het bedrijf en zijn omgeving. Een frequentie van eenmaal per drie à vier jaar is meestal toereikend.

Interesse participatie neem toe

Hoewel werknemersparticipaties in het verleden (jaren zestig en zeventig) enige malen inzet zijn geweest bij cao onderhandelingen is het instrument in Nederland beperkt toegepast. Het opleidingsniveau van medewerkers in onze huidige kenniseconomie is hoger en ook ondernemerschap is populairder dan in die periode. Dit zijn wellicht redenen waarom op dit moment de interesse lijkt toe te nemen. Die interesse is breder dan alleen werknemersparticipatie. Ook participatie vanuit de keten (afnemers, leveranciers en financiers) lijkt toe te nemen. Daarom besteden we volgende week nog één blog aan deze verbreding: community finance.

Blijf op de hoogte

Volgende week bloggen we over het invoeren van een werknemersparticipatie. Blijf op de hoogte en schrijf je  in, je ontvangt dan elke week onze blog in je postbus.

 

Student voor meewerkstage gezocht

By | Actualiteiten, Nieuws

Stichting MKB Financiering zoekt:
Student voor meewerkstage

Stichting MKB Financiering is in verband met uitbreiding van activiteiten op zoek naar studenten met interesse in- en vakkennis van financieren, projectmatig werken en communicatie. Het gaat om 2 tot 3 dagen per week voor een periode van drie maanden. De periode kan worden verlengd. 

Zelfstandig en samenwerken

Je gaat deel uitmaken van een klein team. Je werkt zelfstandig aan verschillende opdrachten, ondersteunt de teamleden en bent verantwoordelijk voor deelprojecten. Onderdeel van je taken is het participeren in het project Erkend Financieringsadviseur MKB. Hiervoor werk je aan een communicatieplan en het benaderen van partijen voor deze nieuwe beroepsgroep.

Kom ons team versterken

Zoek je een uitdaging met veel zelfstandigheid? Kom dan ons team versterken en meld je voor 1 augustus aan. Mail je motivatie en CV naar info@stichtingmkbfinanciering.nl. Voor vragen neem je contact op met Georgie Friederichs via 06 – 25 08 74 29. Op deze meewerkstage kun je uiterlijk tot 1 augustus reageren en de gesprekken vinden plaats in de periode van 1 augustus tot 1 september. 

Voor meer informatie over de Stichting MKB Financiering klik je hier.

 

Blog 58: Werknemersparticipatie, deel 2: motieven en kenmerken

By | Blog, Non bancaire financieringsvormen, Werknemersparticipatie en comunity finance

De werknemersparticipatie (WNP) is een specifieke vorm van community finance. In een reeks van vier 4 blogs bespreken wij de kenmerken, de werking en de voor- en nadelen van een WNP. 

Deel 1: Wat is een werknemersparticipatie en welke vormen zijn er
Deel 2: Motieven voor en kenmerken van een werknemersparticipatie
Deel 3: Het invoeren van een werknemersparticipatie
Deel 4: Community finance

Vandaag besteden wij aandacht aan de motieven en kenmerken.  

Motieven

Het invoeren van een WNP is voor een bedrijf een ingrijpend besluit. Het is noodzakelijk vooraf goed te overdenken welke doelen je wilt bereiken en of het invoeren van een WNP daarvoor het geschikte instrument is. Er zijn veel redenen om een WNP in te voeren. Sommige doelen zijn een vorm van beloning, sommigen komen voort uit de wenst tot prestatieverbetering en weer anderen zijn gericht op ondernemerschap. Mogelijke doelen van een WNP zijn:

  1. Een vorm van belonen zonder cash out
  2. Medewerkers stimuleren en motiveren
  3. Werknemers (ver-)binden aan de onderneming
  4. Minder verloop en het vasthouden van goede mensen binnen de organisatie
  5. Het verbeteren van productiviteit en bedrijfsprestaties
  6. Verbeteren van de eigen vermogenspositie
  7. Voorbereiding voor bedrijfsovername op termijn
  8. Talent aantrekken en binden. WNP is meer dan gewoon salaris
  9. Medewerkers laten groeien naar mede ondernemer 
  10. Start up / scale up: als financiën nog ontbreken om toptalent een hoog salaris te bieden

Een aantal doelen stelt het belang van de medewerkers centraal. Anderen (zoals 6, 7 en 9) zijn meer gericht op ondernemerschap en financiering. De gekozen doelen zijn bepalend voor de vorm waarin de WNP wordt uitgewerkt.

Kenmerken 

Na een gedegen voorbereiding en invoering vergt het onderhoud van de regeling weinig tijd en energie. Een werknemersparticipatie regeling heeft een eigen dynamiek. Het is geen eenmalig project, maar meer een manier van werken met elkaar, hetgeen een motiverende invloed heeft op het personeel. Specifieke andere kenmerken en voordelen zijn: betrokkenheid, binding, ‘company proud’. Als werkgever positioneer je het bedrijf als aantrekkelijk voor medewerkers. Zijn in de onderneming medewerkers werkzaam die mogelijk ooit opvolger worden van de huidige ondernemer? Een participatieregeling kan eventueel een voorbereiding zijn op latere overdracht van de onderneming aan één, enkele of meerdere medewerkers. 

Nadelen werknemersparticipatie

Werknemersparticipatie kent ook nadelen. Is het eenmaal ingevoerd, dan zit je er in principe (voor lange tijd) aan vast. Het is immers onderdeel van de arbeidsvoorwaarden. Voor een ondernemer die het vervelend vindt open te communiceren over de gang van zaken van het bedrijf, is participatie door medewerkers niet geschikt. Medewerkers zijn geen ondernemers zoals de dga zelf wel is. Een ondernemer kent het gevoel van risico en weet dat goede jaren door mindere jaren worden afgewisseld. Als je een WNP in het bedrijf hebt en je aan de deelnemers in enig jaar een slecht resultaat moet melden (waardoor de waarde van hun participaties daalt), kan dat tot teleurstelling leiden. Je mag hopen dat het de participerende medewerkers stimuleert tot extra inzet om de bedrijfsresultaten weer te verbeteren.

Arbeidsvoorwaarden instrument met financieringsaspecten

Tot slot iets over het financieringsaspect: het financieringsvolume van een WNP is beperkt. Als de participatie plaatsvindt door uitgifte van nieuwe aandelen, wordt het eigen vermogen versterkt. Het zijn meestal relatief bescheiden bedragen (tot enkele duizenden euro’s) per medewerker. Desalniettemin vergroot een toename van het kapitaal de leencapaciteit van het bedrijf. Als zodanig ondersteunt het de bestaande financiering en verbetert het toekomstige financieringsmogelijkheden. Werknemersparticipatie is in praktijk een arbeidsvoorwaarden instrument met financieringsaspecten. 

Blijf op de hoogte

Volgende week bloggen we over het invoeren van een werknemersparticipatie. Blijf op de hoogte en schrijf je  in, je ontvangt dan elke week onze blog in je postbus.

 

Blog 57: Werknemersparticipatie, deel 1

By | Blog, Non bancaire financieringsvormen, Werknemersparticipatie en comunity finance

Dit is deel 1 van 4 blogs over werknemersparticipatie. In deze reeks bespreken wij de kenmerken, de werking en de voor- en nadelen van een werknemersparticipatie.

Deel 1: Wat is een werknemersparticipatie en welke vormen zijn er
Deel 2: Motieven voor en kenmerken van een werknemersparticipatie
Deel 3: Het invoeren van een werknemersparticipatie
Deel 4: Community finance

Inleiding

Werknemersparticipatie (WNP) is een instrument waardoor medewerkers van een bedrijf kunnen deelnemen in (certificaten van) de aandelen van hun werkgever. De medewerkers participeren daadwerkelijk in het kapitaal en worden op deze manier mede-eigenaar. Dit versterkt de betrokkenheid, waardoor werknemers langer aan de onderneming gebonden en verbonden worden. Wellicht rijst de vraag of werknemersparticipatie geschikt is voor het MKB. Dat is het zeker. Werknemersparticipatie is zelfs bij uitstek geschikt voor MKB-bedrijven. Het instrument kan al bij een beperkt aantal medewerkers worden toegepast, zelfs bij minder dan 10 werknemers. Als direct financieringsinstrument heeft werknemersparticipatie een beperkte werking: het gaat meestal om relatief kleine bedragen. Maar financieringstechnisch werkt de werknemersparticipatie ook indirect. Doordat werknemers deel nemen in het kapitaal van het bedrijf kan het eigen vermogen toenemen. Hierdoor wordt de leencapaciteit van het bedrijf vergroot. 

Doel

Het primaire doel van participatie door medewerkers is niet de financiering van de onderneming, het ligt meer in het creëren van bijzondere arbeidsvoorwaarden. Toch bespreken wij de WNP als financieringsinstrument, omdat ze past in de huidige tijd. Medewerkers zijn onafhankelijk, bewust, meer ondernemingsgezind en vaak specialistisch opgeleid of ontwikkeld – allemaal ingrediënten die een werknemersparticipatie rechtvaardigen. De WNP is een financieel instrument met bredere werking dan financiering alleen.

Voorwaarden

Stabiliteit van het bedrijf is een belangrijke voorwaarde voor een succesvolle, langdurige werknemersparticipatieregeling. Een onderneming met jaarlijks grote fluctuaties in omzet, kosten en resultaat is niet geschikt voor WNP. Verder moet het bedrijf niet té klein zijn. De ondergrens ligt indicatief bij 8 à 10 medewerkers en qua omzet omstreeks € 2 miljoen. Vervolgens is het belangrijk dat de onderneming reële groei realiseert. Groei van de onderneming leidt tot waardegroei van de aandelen, wat belangrijk is voor het rendement voor werknemersparticipatie. Een bedrijf dat gebaat is bij langdurige binding van het personeel (bijvoorbeeld fintechs, overige technologie, ICT, kennis dienstverleners) kan die binding op deze wijze bevorderen. Hoewel het fenomeen niet gebonden is aan het opleidingsniveau van de medewerkers, komt bij kleinere bedrijven WNP vooral voor in ondernemingen waar high professionals werkzaam zijn. 

Verschillende mogelijkheden

Er zijn verschillende mogelijkheden waarop (technisch) de werknemersparticipatie kan worden ingericht. Formuleer voorafgaand aan het proces van werknemersparticipatie zo nauwkeurig mogelijk welke doelen je nastreeft met de participatie. Dat helpt bij de vervolgkeuze: hoe ga ik het inrichten. Enkele mogelijkheden zijn:

1. Aandelen

Met aandelen verkrijgen werknemers werkelijk mede-eigendom van de onderneming, met dezelfde aandeelhoudersrechten en stemrecht. Voor MKB ondernemers is deze variant veelal een stap te ver.

2. Aandelenopties

Aandelenopties geven recht op de verkrijging van aandelen in de vennootschap. Interessant als “het verbinden van de medewerker” het doel is van de WNP. Wij behandelen in onze blogreeks de WNP vanuit financieringsoogpunt. Hieraan draagt de optie niet bij

3. Stemrechtloze aandelen

Het stemrechtloze aandeel is in Nederland in 2012 geïntroduceerd. Met stenrechtloze aandelen verkrijgt een medewerker economisch eigendom (recht op dividend en verkoopwinst), maar geen stemrecht. De stemrechtloze aandeelhouder mag wel deelnemen aan de aandeelhoudersvergadring, maar heeft daarin geen stemrecht.

4. Certificaten van aandelen

Certificaten van aandelen worden uitgegeven door een eigen StAK (Stichting Administratiekantoor). Medewerkers met certificaten (certificaathouders) hebben geen vergaderrecht en stemrecht, maar wel economisch recht (dividend en verkoopwinst). Voor de WNP is deze vorm uitermate geschikt. Het stemrecht van de betreffende aandelen ligt bij het bestuur van de Stak. In praktijk betekent dat meestal de ondernemer zelf.

In de theorie worden soms nog andere varianten vermeld, zoals SAR’s ( Stock Appreciation Rights, die recht geven op de waardevermeerdering van het bedrijf) en bonussen. Deze varianten zijn meer instrumenten voor beloning dan voor  financiering.

Het verdient aanbeveling in overleg met een gespecialiseerde adviseur de best passende vorm te kiezen. In ons volgende blog gaan wij in op de  motieven om te besluiten een WNP in te voeren en de kenmerken ervan.

Blijf op de hoogte

Volgende week bloggen we over de motieven voor en kenmerken van een werknemersparticipatie. Blijf op de hoogte en schrijf je  inje ontvangt dan elke week onze blog in je postbus.

Blog 55: HEel MAchtig, de risico’s van te veel schuld

By | Actualiteiten, Blog, Financieren, techniek en visie


Bedrijfsobesitas, zo noemden wij in blog 53 de situatie wanneer een bedrijf is volgestouwd met schulden. In onze recente blogs hebben wij veel aandacht besteed aan gezonde bedrijfsfinanciering. Met gezond bedoelen wij in dit verband dat de omvang van het vreemd vermogen binnen de perken gehouden moet worden. Waarom? Kijk naar de berichtgeving van afgelopen dagen rondom de Hema en het wordt duidelijk: veel schuld leidt tot héél veel macht bij de schuldeisers. In de situatie van de Hema is het eigendom van het bedrijf aan de aandeelhouder ontnomen. Een risico dat ook MKB ondernemers kunnen lopen.

Wat zijn de risico’s van (te) veel schuld?

Een overmaat aan schuld brengt verschillende risico’s met zich mee.

  • Vaste verplichtingen: schuld brengt verplichtingen aan rente en aflossingen met zich mee. Meer schuld betekent derhalve én meer rentelasten én meer aflossingsverplichtingen. Tegenover deze vaste  verplichtingen heeft een bedrijf onzekere inkomsten: inkomsten bij een bedrijf fluctueren en kunnen onverwacht (Corona) dalen. Geringere vaste verplichtingen betekenen dus minder risico. 
  • Oplopende rente: financiers vragen een hogere rente als een bedrijf (te) veel leent.
  • Voorwaarden worden strenger naarmate de schuld toeneemt en financiers vragen steeds meer en zekerheden
  • Per saldo heeft de ondernemer minder vrijheid van handelen, mist hij de middelen om kansen te pakken en wordt hij ‘dienaar van de financiers’. 

Het voorbeeld van Hema bevestigt dat je als ondernemer uiteindelijk de volledige controle over je bedrijf kunt verliezen. Je bent geen ondernemer geworden om te dansen naar de pijpen van de schuldeisers. Ondernemers hebben vaak een heilig geloof in hun idee, hun product, hun unieke propositie. Logisch dat hun focus meer ligt op het verwezenlijken van hun plannen dan op de randvoorwaarden van het ondernemen. Financiering is één van die randvoorwaarden. Maar, randvoorwaarden heten niet voor niets voorwaarden

Voorkomen is beter dan genezen

Om financiële obesitas te voorkomen is het belangrijk om over voldoende eigen vermogen in het bedrijf te beschikken. In voorgaande blogs hebben wij daaraan aandacht besteed. Maar je kan meer doen.

  • Werk planmatig: steeds meer ondernemers werken met jaarplannen en –prognoses. Het voordeel van een prognose is dat je op voorhand de financiële effecten van verschillende scenario’s kan beoordelen. Je kunt tijdig beslissen of, wanneer en hoeveel extra financiering in de komende periode nodig is.
  • Gebruik het plan door het jaar heen! Check periodiek of de realisatie in lijn ligt met de plannen en zo niet, beoordeel dan de afwijkingen en de daarmee samenhangende gevolgen voor de geldstroom in het bedrijf (en dus de financieringsbehoefte).
  • Klein bedrijf, toch een eigen CFO? Natuurlijk! Elke ondernemer zou zijn eigen deeltijd CFO moeten hebben. Dat klinkt zwaar, maar is eenvoudig. Werk samen met een (bij voorkeur externe, onafhankelijke) financieel deskundige waarmee je elke maand 2 uurtjes spart. Sommige ondernemers doen dit samen met hun accountant. In toenemende mate zie je ondernemers die hun eigen financieel adviseur of coach of sparringpartner hebben. Vaak een gespecialiseerde financieringsadviseur die alert is op risico’s én kansen. 

Wie bewust stuurt op gezonde financials kan HEel Makkelijk financiële obesitas voorkomen. Als je er verstandig mee omgaat krijg je van af en toe eens een stukje rookworst echt geen obesitas.

Blijf op de hoogte

Elke week de non bancaire financiële ontwikkelingen, trends en toekomst via ons volgen? Schrijf je dan in voor onze blog en ontvang deze elke week in je postbus.

 

Blog 54: EVL35, voor beter vermogen

By | Blog, Financieren, techniek en visie

Gezond zijn, wie wil dat niet. Een belangrijke maatstaf voor een financieel gezond bedrijf is de solvabiliteit. Een onderneming met voldoende solvabiliteit

  • Kan financiële tegenslag incasseren
  • Heeft voldoende financiële basis voor continuïteit
  • Heeft leencapaciteit voor groei en innovatie

en is daardoor een economisch stabiele factor in haar omgeving. In blog 53 constateerden wij dat het merkwaardig is dat er geen eenvoudig toegankelijk product wordt aangeboden waarmee MKB bedrijven hun solvabiliteit kunnen verbeteren. Er is geen loket waar het MKB geld kan ophalen met de karaktereigenschappen van eigen vermogen. Wij ontvingen verschillende reacties en suggesties. Op basis daarvan presenteren wij in dit blog de Eigen Vermogens Lening, de EVL35.

Structureel een betere solvabiliteit met EVL35

De gedachte achter EVL35 is dat een solvabiliteit van 35% een gezonde basis is voor MKB ondernemingen. In zo’n situatie heeft een bedrijf voldoende reserve om tegenslagen te incasseren. De EVL35 dient te voldoen aan belangrijke kenmerken van het eigen vermogen én aan de wensen van MKB ondernemers, te weten:

  • Géén rente druk
  • Géén aflossingsdruk
  • Géén verandering van eigendom
  • Géén verandering van zeggenschap

Met zo’n product kan het Nederlands MKB structureel een betere solvabiliteit realiseren en kan de verslaving aan financieren (met alle risico’s) worden doorbroken. 

Kenmerken van de Eigen Vermogens Lening

Naar onze mening zou EVL35 er in grote lijnen als volgt uit kunnen zien:

Kenmerk Toelichting
1.

Achtergestelde converteerbare bulletlening zonder jaarlijkse aflossingsverplichting.

Na verstrekking dient de solvabiliteit 35% te zijn

Achtergesteld: dus risicodragend

Geen aflossing: dus geen belasting van de kasstroom 

2 Jaarlijkse vergoeding (rente of naar rato  resultaat) wordt bij hoofdsom bijgeschreven Bijschrijven: dus geen belasting kasstroom plus verdere versterking risicodragend vermogen.
3 Aflossing bullet na vooraf afgesproken looptijd (tussen 2 en 7 jaar) De looptijd is afgestemd op de periode die is dat het bedrijf naar verwachting nodig heeft om zelf voldoende eigen vermogen op te bouwen. Bulletmoment is herijkingsmoment.
4

Bulletmoment: 3 mogelijkheden:

  • Volledige aflossing lening+rendement
  • Volledige (straf-) conversie in AK
  • Tussenvorm: gedeeltelijke aflossing, gedeeltelijke conversie e/o regulier aflossingsschema
  • Doel is bereikt, bedrijf heeft zelfstandige gezonde balans
  • Als zelfstandige opbouw solvabiliteit na afgesproken periode niet is gerealiseerd treedt door conversie de verstrekker van EVL35 toe als aandeelhouder
  • Er is blijkbaar  meer tijd nodig voor zelfstandige financiële gezondheid, perspectief is goed
5

Specifieke voorwaarde:

Gedurende looptijd geen dividend naar aandeelhouders of (bij EZ en VoF) beheersing privé opname

Uiteindelijk moet de ondernemer zélf voldoende solvabiliteit opbouwen
6

Rentetypen EVL35

  • Vaste hoge rente 
  • Naar rato winst
Rendementseis op niveau risicodragend vermogen. Hierin  wordt het risicodragende karakter verdisconteerd. Jaarlijks bijschrijven.
7

Moment waarop conversierecht kan worden uitgeoefend:

  • Op bulletmoment
  • Tussentijds als de situatie ontstaat dat het eigen vermogen van de onderneming zónder EVL35 negatief is geworden
De conversie is een strafconversie, omdat het bedrijf niet op eigen kracht voldoende eigen vermogen heeft opgebouwd.

Goed voor ondernemers, financiers en medewerkers

EVL35 is in beginsel toepasbaar op elk type bedrijf en elke bedrijfsomvang. Het is een vaccin tegen financiële bedrijfsobesitas (overcreditering) en komt daardoor ten goede aan alle betrokkenen:

  • Ondernemer: krijgt zéér ruim de tijd om zelfstandig een voldoende vermogensbuffer op te bouwen
  • Onderneming: van meet af aan meer continuïteitsbasis en meer leencapaciteit
  • Financiers: minder risico omdat bedrijf minder zwaar is gefinancierd
  • Medewerkers: werkgelegenheid veiliger door beter continuïteit

Wie gaat de EVL35 aanbieden?

Wij nodigen financiers en financiële adviseurs uit met elkaar en met ons de discussie aan te gaan over EVL35 en de vraag wie EVL35 kan c.q. wil aanbieden. Kan het als een nieuw product van  bestaande financiers? Nieuwe aanbieders? Een loket van de overheid c.q. RVO? Speciale fondsen? En daarbij speelt ook de vraag of EVL35 kan worden ondersteund door bijvoorbeeld een overheidsgarantie, zoals indertijd bij de Garantieregeling Particuliere Participatiemaatschappijen. Dankzij een 50% hoofdsomgarantie van de overheid was die regeling uitermate succesvol en heeft deze de basis gelegd voor de huidige MKB equitymarkt in Nederland. EVL35 kan zo een eerste aanzet zijn om de financiering van MKB in Nederland beter toegankelijk en structureel gezonder te maken. 

Wij denken dat het mogelijk is. Wat vind jij? Stuur je feedback naar info@stichtingmkbfinanciering.nl. We zijn benieuwd!

Blijf op de hoogte

Elke week de non bancaire financiële ontwikkelingen, trends en toekomst via ons volgen? Schrijf je dan in voor onze blog en ontvang deze elke week in je postbus.

Red de groei en diversiteit van de financieringsmarkt – Open brief aan staatssecretaris Economische Zaken en Klimaat en minister van Financiën

By | Actualiteiten, Corona, Nieuws, Onderzoek, (markt-)ontwikkelingen, regelgeving

De overheid heeft in de Corona crisis snel maatregelen doorgevoerd om de financiering van het mkb op peil te houden. Het is goed dat de overheid deze rol zo snel op zich heeft genomen. Ondersteuning was nodig omdat veel mkb ondernemers in acute liquiditeitsproblemen terecht zijn gekomen en reguliere financiers beperkte ruimte hadden om te financieren. De overheid was en is in deze omstandigheden de partij die hier hulp moet bieden om grotere problemen te voorkomen. De overheid zou echter ook oog moeten houden op eerlijke marktcondities. Door deze maatregelen is er onbedoeld een ongelijk speelveld ontstaan, wat zo snel mogelijk hersteld moet worden.

Bij het vormgeven van de ondersteuning  is in eerste instantie teruggegrepen naar bestaande en oudere  maatregelen die gebaseerd zijn op het traditionele bancaire financieren van voor of vlak na 2008. Dit was in de eerste corona crisisfase begrijpelijk. Deze bestaande maatregelen zijn juridisch al uitgewerkt en dus makkelijk en snel uit te breiden en in te voeren.  

Steunmaatregelen sluiten niet aan bij het nieuwe, non-bancair financieren

Nu we enige tijd verder zijn kunnen we echter constateren dat ook de daarna getroffen maatregelen vooral aansluiten bij het oude financieren en er geen maatregelen komen die beter aansluiten bij, of beter toegankelijk zijn voor de nieuwere vormen van financiering. Voor een groot deel van deze nieuwe financiers zijn de huidige ondersteunende maatregelen van de overheid minder goed of helemaal niet toepasbaar. Zij hebben andere businessmodellen en vergunningen die niet passen in het juridisch keurslijf van de oude regelingen, terwijl het wel zeer professionele mkb financiers zijn die een belangrijke rol spelen in het mkb financieringslandschap. Door deze structuur kunnen zij geen beroep doen op de overheidsmaatregelen om hun financiële dienstverlening gaande te houden, waardoor de vernieuwing in de sector stil komt te liggen.

Innovatiegolf financieringsmarkt na financiële crisis 2008

Na de financiële crisis in 2008 is er een innovatiegolf ontstaan in de financieringsmarkt. Naast de banken zijn nieuwe financiers ontstaan die nieuwe producten aanbieden. Dat doen ze vaak met Fintech oplossingen om risico’s beter in te kunnen schatten en de informatiestromen te managen. Gezien het gerealiseerde volume en de lage defaults lukt dit op een effectieve manier. Deze financiers hebben nu een eigen plek in de markt waar zij zich expliciet richten op het bedienen van een specifieke groep mkb ondernemers. 

Meer financieringskeuze en betere financieringsmarkt voor het mkb

De combinatie van deze producten met de traditionele bankfinanciering maakt het voor mkb ondernemers mogelijk om een financieringsmix te realiseren die beter past bij de eigenschappen van hun bedrijf. Deze eigenschappen zijn een combinatie van de investeringsbehoefte, de gerealiseerde cashflow en de fluctuatie in de omzetresultaten van een bedrijf en kunnen voor ieder bedrijf anders zijn. Er is geen ‘one size fits all’. Het resultaat is hierdoor een financiering die beter past bij de groei ambities van de ondernemer, waardoor de financiering de innovatie en groei ondersteund in plaats van dat een ondernemer zich aan het keurslijf van een specifieke financieringsvorm moet aanpassen.

Kortom, sinds 2008 is er veel gewonnen op het terrein van financieren. De marktmacht van een paar partijen die de markt beheersten, de banken, is afgenomen en er is meer keuze voor de ondernemer. Onder andere ondernemers in de retail en horeca zijn hier mee geholpen. Banken kunnen deze sector lastig financieren. Een aantal nieuwe financiers hebben hier expertise opgebouwd en kunnen bij uitstek deze markt beoordelen en goed bedienen met passende financiering.

Breder mkb financieringslandschap samen met overheid volop in ontwikkeling

De overheid is direct betrokken geweest bij het ontwikkelen van deze nieuwe financieringsmarkt en heeft daarbij moeten laveren tussen het creëren van ruimte voor innovatie en het garanderen van de betrouwbaarheid van financiering en financiers voor mkb ondernemers en consumenten. Dit was niet altijd eenvoudig maar tot nu toe wel succesvol. Zo heeft de overheid bijvoorbeeld expliciet ruimte gegeven voor financiële innovatie binnen de bestaand wet en regelgeving, door tijdelijk te werken met ontheffingen voor het bemiddelen in opvorderbare gelden. Hierdoor hebben nieuwe financiers, zelf ook ondernemers, voor eigen rekening en risico nieuwe businessmodellen op kunnen zetten en nieuwe producten kunnen aanbieden, zoals online (American) factoring, crowdfunding, mkb beurzen en direct-lending platformen. De markt is nog in ontwikkeling en moet nog verder groeien en professionaliseren, maar de eerste stappen zijn gezet. In 2019 zijn al 50.000 ondernemers deels of geheel gefinancierd via deze nieuwe financiers.

Om de markttransparantie en professionaliteit verder te bevorderen is samen met een aantal van deze nieuwe marktpartijen, ondernemersnetwerken en het Ministerie van EZK in 2018 de Stichting MKB Financiering opgericht. De stichting richt zich op het verbeteren van de toegang tot financiering voor mkb ondernemers. Dit doet zij onder andere door het bevorderen van transparantie, en het formuleren en vastleggen van eisen voor gedrag van financiers en adviseurs in deze markt middels het professionaliseren van de mkb financiers door het uitvoeren van audits.

Nieuwe financiers niet ingeschakeld bij steunmaatregelen

Des te vreemder is het dat door diezelfde overheid, bij het inzetten en ontwikkelen van ondersteunende maatregelen geen rekening wordt gehouden met het passend zijn van die maatregelen voor nieuwe financiers. Met hun producten bieden deze financiers mogelijkheden voor ondernemers die traditionele financiers niet kunnen of willen bieden. Doelgroepen zoals ondernemers die een lening zoeken tot €250.000, of familiebedrijven zonder kredietrelatie met een bank, werden tot voor deze corona crisis zo goed als geheel door de nieuwe financiers en hun producten bediend. Bij het opzetten van steunmaatregelen voor deze groepen is echter geen aansluiting gezocht bij deze aanbieders, maar is teruggegrepen op banken en ROM’s. Deze partijen hebben het apparaat en de expertise niet om deze doelgroep structureel op lange termijn te kunnen bedienen en moeten dit tijdelijk opbouwen. De partijen die dit apparaat en de expertise wel hebben staan nu helaas langs de kant.

Ontwikkelingen financieringsmarkt stilgezet

Deze beleidsmatige route beperkt de keuze van het mkb op dit moment en zet de vernieuwingen en verbreding van de mkb financieringsmarkt stil. De nieuwe financiers kunnen immers hun producten nu minder aanbieden, onder andere doordat hun eigen funding niet op dezelfde voorwaarden toegankelijk is als die van de banken. En zij geen toegang hebben tot garanties  of in sommige gevallen alleen tot garanties die niet passen bij hun bedrijfsmodel. Verdere groei van deze sector wordt hierdoor beperkt. Verdere groei is wel nodig om alle mkb ondernemers toegang te geven tot een betere financieringsmix en marktverhoudingen te verbeteren. Mogelijk betekent de huidige manier van ondersteunen door de overheid dus feitelijk een een stap terug in de tijd voor alle marktpartijen.

Daarnaast zou meer aandacht voor het verkrijgen van eigen vermogen door mkb ondernemers veel toegevoegde waarde hebben. Het huidig instrumentarium is vooral gericht op vreemd vermogen. De nieuwe indeling van de vermogensrendementsheffing die in feite een kostenpost betekent op investeren in het mkb door particulieren is  ook een stap in de verkeerde richting.

Creëer toegang en instrument voor non-bancaire financiers

Tijdens het kamerdebat afgelopen week werd de COL-regeling verder uitgebreid. Dit is een nieuwe mogelijkheid om de non-bancaire financiers te betrekken. Een eerste stap wat de overheid kan doen is deze kans gebruiken om de groei en diversiteit in de financieringsmarkt beschikbaar te houden door de nieuwe financiers te betrekken bij deze regeling. Creëer daarnaast een instrument dat de nieuwe financiers ook toegang geeft tot aanvullend kapitaal en garantieregelingen zodat ook zij hun klanten, de mkb ondernemers, kunnen blijven bedienen. 

Het bestuur van de Stichting MKB Financiering
Ronald Kleverlaan
Jaap Koelewijn
Georgie Friederichs