De MKB-sector groeit hard. Dit geldt echter niet voor de MKB-financieringsmarkt. Sinds de kredietcrisis van 2008 is het voor banken steeds minder winstgevend geworden om kredieten te verstrekken aan het MKB. De non-bancaire MKB-financieringsmarkt is een goede mogelijkheid om het gat dat geslagen is tussen banken en het MKB op te vangen. Deze markt stuit echter op veel barrières die ervoor zorgen dat de middelen niet bij het MKB uitgezet kunnen worden die nodig zijn om aan de financieringsbehoefte te voldoen. Een grote barrière voor particuliere investeerders om een grotere rol te spelen in de financiering van het MKB is de vermogensrendementsheffing.
Heffen versus stimuleren onderzocht
De vermogensrendementsheffing barrière kan worden beslecht door een fiscale stimulans te geven in plaats van een fiscale heffing op investeren, zoals dat nu het geval is. Buitenlandse fiscale voorbeelden en voordelen in het SMF onderzoek Het stimuleren van de Nederlandse MKB-financieringsmarkt, Fiscale steunmaatregelen op basis van internationale voorbeelden wijzen daarop. Daarnaast is er een groeiende noodzaak tot het creëren van meer eigen vermogen in de MKB-sector.
Over de vermogensrendementsheffing
De vermogensrendementsheffing is een fiscale belasting. In Nederland wordt iedere particulier die qua vermogen boven het heffingsvrij vermogen komt, belast met een vermogensrendementsheffing van tussen de 1,789% en de 5,28%. Het rendement dat particuliere kredietgevers doorgaans voor hun investering terugkrijgen weegt vaak niet op tegen deze heffing. Dit zorgt voor een enorme barrière voor particuliere kredietgevers die door deze belastingheffing sneller afzien van een mogelijke investering in MKB-bedrijven. Dit leidt in Nederland tot een groot MKB-financieringsprobleem omdat de MKB-sector niet de middelen kan aantrekken die ze nodig heeft.
Fiscale stimulans in plaats van fiscale heffing
Elders in Europa blijft de MKB-financieringsmarkt niet zo achter als in Nederland. In het SMF onderzoek is gekeken naar een aantal Europese landen die het op dit vlak goed doen. De desbetreffende landen zijn: het Verenigd Koninkrijk, België en Duitsland. Deze drie landen hebben goede en relatief eenvoudig toepasbare fiscale oplossingen die bijdragen aan het stimuleren van de (non-bancaire) MKB-financieringsmarkt. Er worden namelijk diverse fiscale stimuleringsregelingen toegepast om het financieel aantrekkelijk te maken om het MKB te financieren. Zo maakt België gebruik van vier fiscale regelingen, Duitsland één en het Verenigd Koninkrijk zes. In plaats van een fiscale belastingheffing wordt er in het buitenland een fiscale stimulans geboden.
Effectiviteit van regelingen vergeleken
Deze fiscale stimulansen zijn in het onderzoek onder de loep genomen en geanalyseerd. In een onderzoek van de Europese Commissie uit 2017 (1.) komt naar voren dat fiscale stimulansen die verlichting bieden bij vervreemding en/of verlies het meest effectief blijken. Nederland heeft in het verleden ook gebruik gemaakt van zo’n fiscale stimulans, namelijk door de invoering van de Tante Agaathregeling, later veranderd in de zogenaamde Durfkapitaalregeling. Deze regeling is echter in 2011 afgeschaft.
Voorbeelden fiscale stimuleringsmaatregelen die positief uitpakken
In het SMF onderzoek is naar voren gekomen dat voornamelijk de Belgische Winwinlening (2.), een regeling om een achtergestelde lening te verstrekken tegen een laag rentepercentage en de herinvoering van de Durfkapitaalregeling (verstrekken van eigen vermogen om de solvabiliteit van een bedrijf te verhogen) positief zouden kunnen uitpakken voor de Nederlandse MKB-financieringsmarkt.
De Winwinlening biedt de volgende fiscale voordelen aan kredietgevers:
- Enerzijds een jaarlijkse belastingkorting voor de hele looptijd van de lening. De belastingkorting bedraagt 2,5% van de berekeningsbasis, wat neerkomt op een belastingkorting van maximum 1.250 euro per jaar (want 50.000 euro is het maximum per kredietgever);
- Anderzijds de mogelijkheid tot een eenmalige belastingkorting in het geval dat de lening niet wordt terugbetaald. Deze belastingkorting bedraagt 30% van het openstaand kapitaal van de lening dat definitief verloren is gegaan.
Met name de kredietverstrekkers die hard worden geraakt door de vermogensrendementsheffing, ontvangen met de Winwinlening een stimulans om dit verschil te minimaliseren.
De oorspronkelijke Durfkapitaalregeling bestond uit drie fiscale instrumenten:
- Een vrijstelling voor box 3 van de Wet IB 2001 voor directe en indirecte beleggingen in durfkapitaal. Deze vrijstelling was gemaximeerd tot een bedrag van 51.390 euro en voor partners bedroeg dit bedrag het dubbele (102.780 euro).
- Verliesaftrek voor de inkomstenbelasting op directe beleggingen in durfkapitaal tot 46.984 euro per startende ondernemer. Deze faciliteit is een persoonsgebonden aftrek. Op grond van de rangorderegeling van artikel 6.2 Wet IB 2001 mag de aftrek ook ten laste komen van box 3 en vervolgens box 2 wanneer box 1 daartoe geen mogelijkheid biedt.
- Heffingskorting voor directe beleggingen in durfkapitaal. Deze bedraagt per jaar 1,3% van de gemiddelde directe beleggingen tot en met 2010. Deze heffing is sindsdien langzaam afgebouwd totdat het in 2014 volledig is afgeschaft.
Conclusie invoeren Winwinlening en Durfkapitaalregeling
Door het invoeren van de Winwinlening en Durfkapitaalregeling worden particulieren gestimuleerd om in het MKB te investeren en te financieren. De MKB-sector zou daarmee enorm geholpen zijn en minder afhankelijk zijn van de reguliere bancaire financiering en verbeteren ze de algehele financieringsmarkt voor het MKB.
Download het onderzoek
Voor het gehele onderzoek Het stimuleren van de Nederlandse MKB-financieringsmarkt, Fiscale steunmaatregelen op basis van internationale voorbeelden is beschikbaar als pdf via deze link.
- https://ec.europa.eu/taxation_customs/sites/taxation/files/final_report_2017_taxud_venture-capital_business-angels.pdf
- https://www.vlaio.be/nl/subsidies-financiering/subsidiedatabank/winwinlening
Recente reacties