Ben je ondernemer met plannen en ideeën? Wil je uitbreiden, groeien, investeren? Wat let je? Goede plannen verdienen het om uitgevoerd te worden. Immers, een goed plan levert rendement op. Je weet precies wat je wil en je weet wat het effect zal zijn van de investeringen. Nog één ding even regelen: de financiering. Want de vraag is: krijg je de financiering rond en zo ja bij welke geldverstrekker en tegen welke voorwaarden? En hoe belangrijk is de prijs?
Wat is de best passende financiering?
Ondernemers met een financieringsvraag doen er goed aan om tijd en rust te nemen om naast de goede investeringsbeslissing óók de beste financieringsbeslissing te nemen. De vraag is: wat is de best passende financiering? We zijn gemakkelijk geneigd te kijken naar de prijs, maar is dat het beste beslissingscriterium?
De context bepaalt
Een voorbeeld, je wilt een fiets kopen, splinternieuw. Je hebt de keuze uit twee modellen: model I is een stadsfiets van € 950, model II is een tourfiets van € 3.450. Welke kies je? Zonder nadere specificatie is die keuze niet te maken. Het maakt nogal verschil of je de fiets 1x per week gebruikt om wat boodschappen te halen, of dat je dagelijks 30 km naar je werk op en neer fietst. De modellen I en II zijn beide een fiets, maar als product zijn de verschillen groot. De context bepaalt mede welke fiets je koopt en welk bedrag je uiteindelijk besteedt.
Prijs alleen is niet belangrijk
Bij het aantrekken van een lening is dat niet anders. Het verschil van aanbieders vertaalt zich niet alleen in de prijs (de te betalen rente), maar ook in bedrag, looptijd, voorwaarden, zekerhedenTegenover een financiering kan een schuldenaar zekerheden verstrekken aan de schuldeiser om diens risico te beperken in geval hij de verplichtingen uit hoofde van de financiering niet meer kan nakomen. Een recht van zekerheid verschaft de houder er van het recht om het betreffende zekerheidsgoed uit te winnen. Bekend voorbeeld is hypotheekrecht op onroerend goed. In bedrijfsfinanciering worden ook andere activa door middel van pandrecht overgedragen. Voorbeelden zijn verpanding van inventaris, rollend materieel, voorraden en debiteuren. Meer en snelheid van proces.
Kijk ook naar de voorwaarden
Een voorbeeld: Bert heeft de keuze uit twee leningen van € 500.000. Financier I vraagt 3,5% rente, Financier II vraagt 6,5% rente. Waarom zou Bert überhaupt de dure lening II overwegen? We kijken naar de voorwaarden:
Lening I |
Lening II |
|
Hoofdsom |
€ 500.000 |
€ 500.000 |
Rente |
3,5% |
6,5% |
Aflossing |
60 maanden |
60 maanden |
Vervroegd aflossen |
Boeterente |
Boetevrij |
Zekerheden |
Verpanding inventaris |
Geen zekerheden |
Duur aanvraagprocedure |
7 weken |
1 week |
Bij Lening I zijn Bert, zijn Holding en de werkmaatschappij met handen en voeten gebonden. Als het ooit fout loopt, is hij privé aansprakelijk en zal ok zijn personal Holding worden aangesproken. Bij Lening II betaalt hij wel meer rente, maar daar staat tegenover dat hij persoonlijk geen enkel risico loopt. Voor de “afkoop” van dat persoonlijk risico betaalt hij een premie van 3% extra rente. Is het dat waard?
Keuze van financiering is persoonlijk
Dat is een persoonlijke afweging. Een gevoelsmatige afweging. Dát is de context waarbinnen een ondernemer een financieringsbeslissing neemt. Voor Bert was de keuze eenvoudig: rust en vrijheid zijn hem extra rente waard. Lening I is in feite een volstrekt ander product als lening II. Een ander product heeft een andere prijs, net zoals bij het eerdere voorbeeld van de fietsen. Bert kan zich de luxe van Lening II veroorloven.
Blijf op de hoogte
Elke week de non-bancaire financiële ontwikkelingen, trends en toekomst via ons volgen? Schrijf je dan in voor onze blog en ontvang deze elke week in je postbus.